‘Ik ben de spiegel van de zeven zuchten,
Van mij kun je onmogelijk vluchten,
Zelfs al is je leugen razendsnel,
De waarheid achterhaalt ze wel.’
Een helblauwe bliksemschicht flitst door het gladde vlak van deze eigenaardige spiegel, vrijwel onmiddellijk gevolgd door een enorme witte wolk. Toby verstart helemaal, maar hij niet alleen. Ook wij kijken niet begrijpend naar het beeld in de spiegel, dat stilaan vorm begint te krijgen.
Vier avontuurlijke vrienden op logement in een verlaten herenhuis. Vier spiegels die op elkaar lijken en toch weer niet. Wat willen ze vertellen? Daar komen de Kloefkappers snel genoeg achter. Bas de landloper, die ook een moordenaar blijkt te zijn, komt hun mooie vakantie verstoren. Wanneer hij de drie vrienden van Roy ontvoert, gaat die naar hen op zoek. De toverspiegels wijzen Roy de weg. Een Gnoom die Ypsilon heet en een Goblin die luistert naar de naam Dorian, worden - hoe ongelooflijk het ook mag klinken - zijn beste vrienden. Kunnen zij Roy helpen bij zijn zoektocht? Goed uitkijken voor de woudheks Briana! Ze kan het uiterlijk aannemen van een mooie prinses, maar dit is enkel schone schijn. Kan Roy met de hulp van de dwaallichtjes Toby, Fried en Imke redden? Meer nog, zullen zij er ooit achter komen welke verscheurende keuze hij hiervoor moest maken?