Abel J. Herzbergs Kroniek der Jodenvervolging, 194o-1945 geeft hierop antwoord, geeft in ieder geval een helderder inzicht in de onafwendbare loop der gebeurtenissen, dan menig ander, lijviger boek over dit onderwerp. Met bewonderenswaardig inzicht in de denkwereld van het nationaal-socialisme geeft hij zijn zienswijze over de theoretische gronden van de jodenvervolging onder Hitler. Hij beschrijft - zich tot grote lijnen beperkend, maar ons steeds met kleine verhalende voorbeelden bij de werkelijkheid betrekkend - hoe zich langzaam, stap voor stap, het net van de vernedering, de ontrechting, de ontmenselijking rond de joden sloot. Alsof iedereen, ook zij zelf, langzaam tot de overtuiging moest worden gebracht dat deportatie onvermijdelijk was. Zo is dit eerste gedeelte van de 'Kroniek' misschien nog wurgender en benauwender dan het daaropvolgende met de verbijsterende gegevens over de 'Endlosung' zelf.
Herzberg geeft de feiten, beschrijft de kampen zoals alleen iemand dat kan die er zelf geweest is en er geleden heeft - maar hij onthoudt zich van uitweidingen over de gruweldaden, want 'gewelddadigheid en sadisme zijn besmettelijk'.