Kalle groeit op bij zijn moeder. Over zijn vader weet hij eigenlijk niets. Zijn moeder laat daar niets over los. Dus verzint Kalle hoe zijn vader er uitziet. En dán gaan ze op vakantie...
Op de camping ontmoet Kalle de eigenzinnige Kimberley, met wie hij elke dag gaat zwemmen in de rivier. Als zij hem naar zijn vader vraagt, vertelt hij haar dat zijn vader een grote, bruine, beroemde voetballer is. Terwijl Kalle met Kimberley fantaseert over zijn droomvader, ontstaat bij zijn moeder het besef dat ze toch maar eens met Kalle moet praten over zijn echte vader.