In deze verhalen van Ditlevsen is geluk een onbereikbaar ideaal. Personages zitten vast en vragen zich af hoe hun leven zo heeft kunnen lopen. In een frisse en bedrieglijk eenvoudige stijl onderzoekt Ditlevsen haar vertrouwde thema’s van gestrande huwelijken, overspel, obsessie, controlerende moeders en luie echtgenoten.
De verhalen in Kwaad geluk staan aan de basis van haar latere Kopenhagen-trilogie. Voor het eerst verschijnen ze nu in een Nederlands vertaling.
Tove Ditlevsen (1917-1976) groeide op in een arbeidersmilieu. Ze werd een van de populairste schrijvers van Denemarken. Ze schreef dertig romans en poëziebundels, had een adviescolumn, trouwde vier keer en kampte met verslavingen en depressies. De afgelopen jaren werd ze eindelijk ook buiten de Deense grenzen opgemerkt: met recente vertalingen van de Kopenhagen-trilogie, haar weergaloze memoires, en de roman De gezichten brak ze ook in Nederland en België definitief door.
Lammie Post-Oostenbrink (1970) vertaalt uit het Deens, Noors en Zweeds, onder meer de boeken van Caroline Albertine Minor en Tove Ditlevsen.