Theodosia draagt niet langer een kroon van as. Ze heeft haar rechtmatige titel opgeëist en ze heeft een gijzelaar, Prinz Søren. Maar de wrede Kaiser zit nog altijd op háár troon, en nog altijd gaat haar volk gebukt onder zijn heerschappij. Theodosia wil haar volk bevrijden, maar hoe? De enig mogelijke oplossing is dat ze trouwt – met een machtige man die een sterk leger meebrengt. Trouwen met een vreemdeling… Hoe kan Theodosia trouw zijn aan haar volk – en aan zichzelf?