Misschien lijkt Leen stiller dan ze is. Ze praat in kleur. Met haar konijnen Muts en Oelewapper. In haar hoofd.
Haar moeder is gewond. Ze heeft een blauwe plek op de plaats die gelukkig maakt.
Leen logeert bij haar grootouders en leeft toe naar de dag waarop ze samen met haar moeder terug kan keren. Naar huis. Naar beterschap.