Gent, 7 januari 1994. Een jonge vrouw wordt zwaar verminkt teruggevonden op een werf. Van het wapen geen spoor. Op de muur staat een pentagram in bloed en ze heeft een omgekeerd kruisje in haar hand.
Commissaris Callens van de Gentse recherche en zijn team krijgen het dossier in handen. Substituut-procureur Verbeckt ziet in deze zaak een kans om zijn strijd tegen satanische krachten op te drijven en zo eindelijk carrière te maken. Een verdachte wordt gearresteerd en veroordeeld.
Veertien jaar later worden Callens en zijn team opnieuw met een gruwelijke vondst geconfronteerd. En ditmaal blijft het niet bij één slachtoffer. Zelfs een oude bekende is niet meer veilig voor deze seriemoordenaar.