David Foenkinos
In het Dakota, een duur appartementencomplex in New York, luistert een psychotherapeut naar zijn patiënt. De patiënt is een vijfendertigjarige man die praat over de vrouw van wie hij zielsveel houdt, over de relatie met zijn twee zoons en over zijn jeugd in Liverpool. Én over zijn tijd als leider van The Beatles, de grootste band aller tijden. De band die hij ooit populairder dan Jezus noemde.
John Lennon beëindigde in 1975 zijn muzikale carrière om in New York voor zijn gezin te zorgen. De media kunnen slechts gissen naar zijn beweegredenen om zich terug te trekken. De enige aan wie hij die uit de doeken doet is zijn therapeut. In achttien gesprekken onthult Lennon zijn kant van het verhaal. Hoe ervaarde hij de bloeiperiode van The Beatles, waarom brak hij met ze? Wat heeft zijn jeugd daarmee te maken? Welke invloed hadden zijn zoons Julian en Sean, en vooral: welke rol had Yoko Ono?
Als groot fan deed David Foenkinos jarenlang onderzoek naar het mysterieuze leven van John Lennon. Met Lennon is het hem gelukt een uniek beeld te schetsen van de laatste vijf teruggetrokken jaren van de ster, voordat hij voor zijn huis werd doodgeschoten door een manische fan. Foenkinos beschrijft de wervelwind van een leven vol vreugde, falen, drugs, liefde en creativiteit met verve. Het is alsof John Lennon persoonlijk het woord
voert.