Als Tim de eerste keer een tennisbal over het net slaat, beseft hij meteen dat het niet zomaar een spelletje voor hem is. Hij blijkt een groot talent te zijn. Vanaf dat moment bestaat zijn leven uit trainen, wedstrijden en school. Hij vergeet helemaal dat ook andere dingen de moeite waard zijn, zoals vriendschap, liefde en trouw. Als zijn broertje, die vecht om een beetje aandacht, op zekere dag besluit weg te lopen, wordt hij uit zijn droomwereld wakker geschud.
De tenniswereld heeft op kinderen een grote aantrekkingskracht. Welke jongen droomt er niet van om net als Andre Agassi in de finale te staan van een Grand Slam Tournooi terwijl iedereen de beelden op televisie kan volgen, in alle landen van de wereld? Zo'n droom begint heel eenvoudig, op een middag met een spelletje tennis. Je blijkt aanleg te hebben en je vindt het leuk. Gaandeweg wordt het echter steeds serieuzer en de tegenstand steeds zwaarder; je wordt fanatiek, je leeft alleen nog voor tennis. Ongemerkt regeert het je leven. En niet alleen jouw leven, maar ook dat van je moeder, je vader.
Topspin gaat over de gevolgen van talent. Over winnen en verliezen, over pijn en euforie. En over de vraag of alle moeite die een topsporter zich moet getroosten wel de moeite waard is. Want de échte top is maar voor weinigen weggelegd.
Voordat schrijven haar beroep werd, had Leny van Grootel (1951) een baan in het basisonderwijs en werkte ze bij een instituut voor kunstzinnige vorming. Ook schreef ze jarenlang voor het kindertijd-schrift Klap en maakte ze Studio Jong; de kinderpagina's in het KRO programmablad Studio.
Leny van Grootel debuteerde in 1992 met het versjesboekje Willemijntje bij Uitgeverij Holland. Topspin is inmiddels haar tiende boek. Het boek zal gelanceerd worden met een wedstrijd waarbij tennisartikelen te winnen zijn.