Sybren Polet is de enige Nederlandse dichter die een poëtische taal heeft gevonden voor de ontwikkelingen in wetenschap en techniek. Op onnavolgbare wijze verwoordt hij, optimist en pessimist ineen, ons complexe nieuwe wereldbeeld. In zijn nieuwste bundel leidt dit tot lyrische exclamaties, bijtende spot, apocalyptische visioenen, lofzangen op het leven en uit de diepte gezongen psalmen. De taal van de poëzie is voor hem een utopisch reservaat dat niet vastgelegd kan worden: Nergenswind. Langs de Luchtwegen van de geest kan de nomadisch denkende mens zijn levenskracht en soevereiniteit onderhouden.