In het oude Egypte worden kort na elkaar de levenloze lichamen gevonden van enkele jonge maagden. Ze lijken ogenschijnlijk een natuurlijke dood gestorven te zijn. De meisjes vertonen een belangrijke overeenkomst: ze zijn van zéér gode komaf. Privé-detective Pashed, gespecialiseerd in 'anatomisch' speurwerk, wordt op onderzoek uitgestuurd. Hij bestudeert de gebalsemde lichamen van de beeldschonen meisjes en doet een opwindende ontdekking: ze zijn allemaal op dezelfde geheimzinnige en vrijwel onzichtbare wijze vermoord. Het motief blijft lange tijd een raadsel, totdat Pashed op het spoor komt van een gewetenloze seriemoordenaar. Een spoor dat hem leidt door de nauwe stegen en straten van het oude Egypte.