In Mary Copeland – Victoriaanse detective heeft Robbert Jan Swiers een nieuw genre aan zijn uitdijende universum toegevoegd. De detectiveserie gaat in op het leven van Mary Copeland, die door haar oom en tante in het London van de late negentiende eeuw wordt opgevoed en zich ontwikkelt tot een detective van allure, die in opdracht werkt van Scotland Yard. Als vrouw is het echter vrijwel onmogelijk om een maatschappelijke functie te vervullen en dus moet ze haar werk in de anonimiteit doen. Ze wordt daarbij geholpen door medewerkers van Scotland Yard, waarmee ze na verloop van tijd een geheim team vormt.
In de verhalen, die zich afspelen vanaf 1888, komen veel kunstschilders voor uit de Prerafaëlitische Broederschap. De titels van de vier verhalen zijn ontleend aan schilderijen uit die tijd. Swiers weet op indrukwekkende wijze het London van die tijd neer te zetten, net na The Ripper Murders en voor The London Dock Strike.
Robbert Jan Swiers (Middelburg, 1959) heeft veel publicaties op zijn naam staan: kinderboeken, historie, archeologie, natuur, poëzie, romans en hij werkte mee aan taal- en geschiedenismethodes. Daarnaast is hij actief (geweest) in muziek, muziektheater, film en kleinkunst en werkt hij mee aan actuele ontwikkelingen op het gebied van kunst en cultuur.
Bij Uitgeverij Aspekt verschenen eerder onder meer de romans De Landmeter (2013) en De zeven van Strak (2016) en de korte verhalenbundels Een kwestie van schaal (2014),
De taal van het water (2014), Het Achteloze Universum (2015) en Belle Epoque (2016).