Matilda geheel in haar eentje de
verafgelegen schapenfarm Churinga in
New South Wales, Australië draaiende te houden.
Ze put kracht uit de nagedachtenis aan haar
moeder en haar liefde voor de ongerepte,
betoverende natuur van de Australische
binnenlanden. Een natuur, die naast een
overweldigende schoonheid ook ontelbare
gevaren in zich herbergt - stromen, bosbranden,
droogten en overstromingen. Gevaren die Matilda
steeds weer weet te trotseren. Haar zorgen en angsten vertrouwt ze toe aanhaar dagboek. Op aangrijpende wijze vertelt haar dagboek hoe haar beschermde jeugd eindigde en hoe een tragische liefde uiteindelijk tot haar ondergang leidde.
Jenny Sanders, bekend kunstenares is Sydney, verliest op tragische wijze haar man en kind bij een auto-ongeluk. Van de notaris hoort ze dat haar man haar postuum Churingfarm heeft geschonken. Nieuwsgierig naar wat ze daar zal aantreffen vertrekt Jenny naar wat een Matilda's farm was en vindt daar tientallen jaren later Matilda's dagboeken. Op Churinggafarm raakt Jenny in de ban van de ruwe schoonheid van de natuur en Matilda's noodlot. Maar, een donker geheim dat als een vloek op de farm lijkt te rusten dreigt haar hervonden geluk weer in gevaar te brengen