In het naoorlogse Nederland was Max Tailleur verreweg de beroemdste vertolker van de Joodse humor. Zijn grote doorbraak kwam in 1952 met de opening van zijn legendarische cabaretclub De Doofpot, waar hij Jiddische moppen vertelde en de vooroorlogse Amsterdamse gein koesterde. Alles om het gemis van de in de oorlog omgekomen familieleden te verdringen.
De rijkdom die Tailleurs vergaarde met zijn boeken, platen en de Geinlijn, noch zijn talloze verhoudingen met mooie dames bleken een remedie tegen de geestelijke en fysieke pijn die hem langzaam maar zeker sloopten. `Het was een lijdensweg met veel applaus.