Het aanrijpende levensverhaal van de publiekslieveling van So You Think You Can Dance, Meysam Noori. Meysam ontvluchtte Afghanistan toen hij acht jaar was met zijn moeder, jongere broertje en zusje. Zonder vader, want die was, net zoals zijn oudere broer, door de taliban vermoord. Hij landde op Schiphol en besloot daar en dan: hier begint mijn leven. Als de oudste zoon werd hij meteen de man in het gezin, wat heel wat verantwoordelijkheden met zich meebracht. Kungfufilms wakkerden zijn interesse in vechtsporten aan, en leerde hij niet alleen de traditionele bewegingen, maar ook allerlei salto’s en trucs. Hij nam deel aan en won toernooien, en zo kreeg een dansgroep hem in het vizier. Al snel werd dansen zijn passie en tweede natuur. Tegen de zin van zijn moeder ging hij door met dansen en zocht hij zijn weg in de danswereld. Hij reisde rond, volgde workshops, danste in liveshows en werd toegelaten tot de dansschool van Lucia Marthas. Meysam maakte naam, maar zijn moeder geloofde nog steeds niet in zijn toekomst als danser. Daarom schrijf hij zich in voor So You Think You Can Dance, waar hij al snel de publiekslieveling werd en als derde eindigde. Meysams toekomst ziet er rooskleurig uit, en zijn moeder… is apetrots.