Een dertienjarige jongen vindt in zijn ouderlijk huis een boek met foto¿s van een model. Een levenslange obsessie is geboren. Nooit komt hij te weten wie ¿Modèle de Reynolds¿ is en hoe zij werkelijk heet, toch zal zij een blijvende invloed op hem uitoefenen. Zo lijkt haar geest rond te waren in de bossen en dalen van Karinthië, waar hij als puber met enkele jonge lotgenoten drie bizarre volwassenen ontmoet (het Kakenmonster, de Koeienkop en de Glimlachende Diepzeevis). Ook wanneer hij jaren later naar een Oost-Europese gangsterstaat reist voor een macabere missie, is het of hij de adem van Modèle de Reynolds voelt, ¿geluidloos en onvermurwbaar¿.
Behalve een meeslepende ontwikkelingsroman met sprookjesachtige en absurdistische trekken, is Mijn beeldschone aandoening een verhaal over de scheppende én vernietigende kracht van een ideaalbeeld. Een verhaal over een nog onheilspellender raadsel dan liefde: schoonheid.