Eind jaren zeventig kopen de ouders van Jan van Mersbergen een afgelegen stuk land. Sindsdien fietst zijn vader elke dag door de polder naar zijn Bos, dat hij compleet verbouwt tot paradijs. Jan begrijpt zijn teruggetrokken vader niet; zodra hijzelf het dorp verlaat, mist hij de mensen.
In zijn meest persoonlijke boek tot nu toe gaat Jan op zoek naar zijn vader als kluizenaar. Deze zoektocht leidt langs andere afgezonderde figuren zoals Sint-Amadour, Jozef van den Berg en Robinson Crusoe, en mondt uit in een ode aan zijn moeder. Mijn pa is nooit alleen is een openhartig en liefdevol relaas over eenzaamheid en familiebanden, over zonderlinge mannen en sterke vrouwen.