Loes Leeman wordt verliefd op de beruchtste moordenaar van de jaren zestig. Als 15-jarig meisje valt ze voor de charmes van de Utrechtse ladykiller Hans van Zon. Zich niet bewust van de gruwelijke moorden die hij pleegt bedelt ze om zijn aandacht en een ritje achter op z’n scooter.
In 1967 wordt de dan 25-jarige Van Zon gearresteerd op verdenking van viervoudige moord. Tijdens een geruchtmakend proces bekent Hans van Z. zijn beestachtige daden en verklaart: ‘te moorden voor de kick’. De president van de rechtbank meent: ‘De verdachte slachtte mensen als konijnen’, en veroordeelt Van Z. tot een levenslange gevangenisstraf.
In 1986 krijgt Van Zon gratie. Loes, inmiddels journaliste, zoekt haar oude liefde weer op. Ze gruwelt van zijn daden, maar is gefascineerd door zijn meedogenloosheid. Hij krijgt haar opnieuw in zijn greep. Jarenlang wordt ze meegesleept in zijn misdadige verleden: ‘Eenmaal over de grens maakt een, twee of drie moorden niet meer uit. En ‘spijt? Daar krijg je geen brood voor bij de bakker.’
Van Zon weet zijn ‘maatje in de mist’ zoals hij Loes noemt, emotioneel te chanteren en onthult haar meerdere misdaden. Er ontstaat een driehoeksverhouding met zijn vrouw Riet die een hartsvriendin van Loes wordt. In 1998 drinkt Hans van Zon zich dood. Zijn laatste eis is dat zijn maatje jarretels draagt op zijn begrafenis. Loes zal dansen op zijn graf.
In haar zeer persoonlijke boek vertelt Loes Leeman, op basis van dagboeken en brieven, over haar bizarre relatie met seriemoordenaar Van Z.
Journalist Loes Leeman schreef voor HP/De Tijd en Panorama, werkte als verslaggever bij diverse televisieprogramma’s en was bedenker van het TROS-programma VERMIST. Als eindredacteur behandelde ze in negentien jaar duizenden zaken. Eerder verscheen haar boek Vermist.