Tussen 14 januari 1971 en 30 januari 1973 schreef António Lobo Antunes meer dan driehonderd brieven aan zijn eerste vrouw Maria José. Vanuit Angola, waar hij als arts dienstdeed in de oorlog tegen de bevrijdingsbeweging, vertrouwde hij zijn diepste zielenroerselen aan haar toe. De brieven van de dan 28-jarige arts waren alleen voor haar ogen bestemd, maar kondigden de geboorte van een groot schrijver aan.