Coketown is een naargeestig industriestadje in Midden-Engeland. De journalistieke en parlementaire welsprekendheid heeft het over “ondernemingsgeest” der bewoners. Maar wie eens door het stadje gelopen heeft, weet wel beter. Het is er lelijk en vies, en het allerergste: de mensen worden er stelselmatig ont-zield. Hun verbeeldingskracht kan zich alleen nog op cijfers, winstpercentages en slechte lonen uitleven. Maar echt leven is er onmogelijk. Dat geldt evengoed voor de geldmagnaten Gradgrind en Bounderby als voor de rechtschapen arbeider Sephen Blackpool en zijn vriendin Rachel. – Maar zolang de magnaten het voor het zeggen hebben, kunnen zij zich nog uitleven in hun macht dat doen ze dan ook; voor Stephen Blackpool, die probeert een eigen weg te gaan op het kompas van zijn eigen verantwoordelijkheid en geweten, blijft er niets anders over dan te vluchten en te sterven, stukgemalen tussen de raderen van een onmenselijke samenleving.