Voordat ze boeken ging schrijven, werkte Annejet van der Zijl acht jaar lang als misdaadverslaggeefster. Geïnspireerd door Amerikaanse voorbeelden als Truman Capote en Dominick Dunne zocht ze naar de menselijke verhalen achter de kleine krantenberichten. Met hetzelfde invoelingsvermogen en literaire talent die haar latere werk kenmerken, reconstrueerde ze zowel verloren levens aan de zelfkant van de samenleving als de onvermoede gewelddadigheid van 'normale' burgers: een café-eigenaar die niet langer tegen het getreiter van een klant kon, de bollenkweker die zijn vrouw langzaam met gif vermoordde.