’s Avonds brei ik nieuwe stoffen aan de representaties van de vrouw die ik bij een tweedehandswinkel heb gekocht. Sommige versleten, sommige gloednieuw; nooit gedragen, in feilloze conditie weggedaan. Misschien stond het niet, of was het te prijzig. Sommige waren stoffig en bedekt met olie en bloedvlekken, opgedroogde melk die ik moest schoonpoetsen waardoor de kleuren en structuren van sommige representaties vervaagden. Ze zeggen: niemand weet wat een vrouw echt is, en niemand heeft ooit een echte vrouw gezien.
Mythen en stoplichten gaat over vrouwen die elkaar zijn kwijtgeraakt door de veranderingen die ze zijn ondergaan. Het gaat over verlies en eeuwige open wonden. Het gaat over de zoektocht naar genezing van deze wonden. Als alles tegen hen is, proberen ze desondanks te helen door middel van persoonlijke rituelen. Wat zijn constanten in een voortdurende flux van verandering? Hoe kun je het best de strijd aangaan wanneer er helemaal geen hoop meer is op een overwinning?