Manon Bradshaw is negenendertig en werkt als rechercheur bij de politie in Cambridge. Op een nacht, na een rampzalige internetdate, luistert ze naar haar politiescanner om in slaap te vallen en ontvangt ze een melding die haar naar een uitermate vreemde plaats delict zal leiden. Studente Edith Hind is inmiddels vierentwintig uur vermist en de politie moet in actie komen. Er zijn weinig aanwijzingen: een klein bloedspoor in de keuken, sleutels en een telefoon die op tafel liggen en de voordeur die openstaat. Omdat de vader van Edith voor de koninklijke familie werkt, is er meteen veel aandacht van de pers voor de zaak. Al snel blijkt dat Edith er een verborgen leven op na hield. Manon staat onder zware druk om de zaak meteen op te lossen, want als een vermist persoon niet binnen 72 uur wordt gevonden zijn ze meestal vermoord…