'Welkom in Italië,' zingen Juventus-supporters als de spelers van SC Napoli het stadion in Turijn betreden. Want Napels is een stad in een andere wereld, bewoond door een 'grote stam die, net als de Toearegs, zich weigert over te geven aan de moderniteit', schreef filmer/schrijver Pier Paolo Pasolini al.
Die stam bestaat nog steeds. Ze bevolken de overvolle stegen van het wapperende wasgoed en de razende scooters in het hart van de stad. Alles leeft met en door elkaar, op iedere straathoek wacht een nieuwe verrassing. Maar achter dat levendige, vrolijke straatbeeld gaat vaak een hard en ongemakkelijk leven schuil. Nu is Napels synoniem voor afval, wanorde en criminaliteit.
Maar deze kwalijke reputatie doet Napels geen recht. Napels is ook gul, tolerant en gastvrij. De stad staat voor het mooiste én het lelijkste gezicht van Italië. Of zoals de titel van een boek van de Napolitaanse filosoof Benedetto Croce luidt: 'Napels is een paradijs bewoond door duivels.' Maar het zijn tenminste opgewekte duivels.
Napels is het literaire verslag van het bedrijf van auteur Gert Hage, die er in het najaar van 2013 een klein appartement betrok.