Navagio, vijfde bundel van Holvoet-Hanssen, is het slot van een poëziereis die hij in de jaren tachtig aanvatte en is heel anders van teneur. Met aangespoelde woorden verzamelen gebroken jutters gedichten om er een wrakhoutboot van te maken. Ze weten dat de Navagio moet zinken, de stilte van de dieperik in. Smeltende sneeuwverzen bedekken het sluitstuk.