In Nederlandse journalisten houden niet van journalistiek vraagt Jan Blokker zich af of de actuele dagbladcrisis niet beter een journalistencrisis kan worden genoemd. Hij stelt vast dat journalisten tegenover vermeende rivalen _ van televisie in de jaren zestig tot en met internet in het eerste decennium van de eenentwintigste eeuw _ altijd eerder bang dan strijdbaar hebben gereageerd, eerder nederig dan zelfbewust, eerder tot capitulatie geneigd dan tot competitie bereid.
Nederlandse journalisten houden niet van journalistiek is een antwoord op het sprookje dat de betaalde (papieren) krant bezig zou zijn ‘een speeltje voor de elite’ te worden.
Jan Blokker (1927) is sinds 1952 journalist, werkte voor Het Parool en het Algemeen Handelsblad en werd na tien jaar vpro-televisie adjunct-hoofdredacteur van de Volkskrant. Voor deze krant schreef hij tussen 1968 en 2006 veelgelezen columns. Tussen 1992 en 1994 was hij bijzonder hoogleraar persgeschiedenis op de Maarten Rooij-leerstoel aan de Rotterdamse Erasmus Universiteit. Hij is nu medewerker van nrc.next en van nrc Boeken.
Nederlandse journalisten houden niet van journalistiek is een antwoord op het sprookje dat de betaalde (papieren) krant bezig zou zijn ‘een speeltje voor de elite’ te worden.
Jan Blokker (1927) is sinds 1952 journalist, werkte voor Het Parool en het Algemeen Handelsblad en werd na tien jaar vpro-televisie adjunct-hoofdredacteur van de Volkskrant. Voor deze krant schreef hij tussen 1968 en 2006 veelgelezen columns. Tussen 1992 en 1994 was hij bijzonder hoogleraar persgeschiedenis op de Maarten Rooij-leerstoel aan de Rotterdamse Erasmus Universiteit. Hij is nu medewerker van nrc.next en van nrc Boeken.
