Donald Sully woont al vijftig jaar in het doodsaaie plaatsje North Bath ten noorden van New York. In al die jaren heeft hij niet heel veel geluk gehad. Gescheiden en nu in een halfslachtige relatie met andermans vrouw, woont hij boven zijn bejaarde oud-lerares Engels die hem soms nog steeds de les leest. Opgescheept met een slechte knie en met vrienden die vijanden overbodig maken, probeert hij op zijn manier wat van het leven te maken. Maar dan krijgt Sully met een heel nieuw probleem te maken: zijn van hem vervreemde zoon dreigt in zijn vaders voetsporen te treden.