'Omdat ik bij jou wilde schuilen, verloor ik uit het oog dat jij de storm was. Dat ik voor jou had moeten schuilen. Maar wie wil er beschut tegen stormen leven? En dat is allemaal niet treurig, mi amor, want niets is zwart, helemaal niets.' Frida spreekt luid en duidelijk, haar lichaam is geruïneerd door een busongeluk, maar met haar buitensporige gebaren lijkt ze la muerte en la vida uit te nodigen. Ze vloekt als een bootwerker, drinkt sloten tequila en ziet nergens een probleem. Ze houdt van politieke betogingen, van bloemen in haar haar, onomwonden over seks praten en van grootse feesten. En ze schildert. Maar boven alles houdt Frida van Diego, de beroemdste schilder van Mexico, de onverzadigbare hartenbreker, die reusachtige muurschilderingen maakt. Niets is zwart is een kleurrijke en intense roman over het stormachtige leven van een van de iconen van de twintigste eeuw: Frida Kahlo.