De laatste plek waar journaliste Bente in quarantaine wil zitten, is op de boerderij van de onverbeterlijk onbeleefde schrijver die ze net heeft geïnterviewd. Als Bente na het verschrikkelijke gesprek weer op het station staat, klaar om naar huis te gaan, belt haar moeder met het nieuws dat haar vader corona heeft en Bente beter niet thuis kan komen. ‘Blijf maar waar je bent,’ zegt haar moeder... Blijven waar ze is? Op het platteland, in the middle of nowhere, bij die afschuwelijke vent? Zo afschuwelijk vond ze hem er overigens niet uitzien toen hij zijn voordeur opendeed, maar zijn stugge houding heeft ervoor gezorgd dat ze binnen een paar uur een enorme hekel aan hem kreeg. Het wordt dus geen enkel probleem om die verplichte anderhalve meter afstand te houden... Toch?