Uniek voorleesverhaal over de slavernij
Kofi en Afi moeten de hele dag werken. Ze zijn net als hun ouders tot slaaf gemaakt. Als ze op een dag horen dat hun vader misschien verkocht zal worden, besluiten ze te vluchten. Het wordt een hachelijke tocht door de wildernis, waar ze oog in oog met gevaarlijke dieren komen te staan. Als ze eindelijk bij het moeras komen waar gevluchte mensen zouden leven, is er niemand te zien. Zijn ze helemaal voor niets gekomen? Ze verliezen de moed, tot ze plots de grote kaaiman zien…
Schrijfster Henna Goudzand Nahar liet zich voor dit boek inspireren door het leven van de Brooskampers, die als slaven in Suriname leefden en zich vrij maakten door te vluchten naar een moerasgebied tussen de Surinamerivier en de Boven-Commewijne. Volgens de legende droeg een enorme kaaiman met gras op zijn rug de eerste Brooskampers naar de overkant.