veel poëzie, tekeningen en schilderijen. Nog niet eerder werd deze 'koelgeklonken band om 't zachter land' (citaat van Augusta Peaux) onderwerp van een bloemlezing. Terwijl het toch een uniek landschap betreft: 'Hollandse wildernis', deels in cultuur gebracht, dor maar ook afwisselend en rijk aan schoonheid.
Een landschap dat verandert, verstuift, afkalft en weer groeit. Ook de blik van de dichter en de beeldend kunstenaar op het duin is rijk en veelkantig en aan verandering onderhevig. Deze blik beïnvloedt ons als kijker: het duin is evenzeer een fysiek gegeven als een product van verbeelding.
Voor dit boek deden de auteurs een gulle greep uit duingedichten en duingezichten, en groepeerden ze in reeksjes, die meanderend in elkaar overgaan en elkaar soms ook tegenspreken, zodat de lezer spelenderwijs wordt ingewijd in de geheimen van deze duinwandeling door de tijd. Thema's zijn onder andere: de wijde blik, wandelen, duinpan en klimduin, het duin als zeewering en cultuurgrond, flora en fauna, wind, uren en seizoenen, aantasting van het
duin, duin als verloren kinderparadijs, eros en thanatos.
Hoe verhoudt het landschap in de beeldende kunst zich tot dat in de dichtkunst? Zijn er verschillen en veranderingen merkbaar in natuurbeleving? Op deze en andere vragen wordt ingegaan in de twee begeleidende essays.
Tentoonstelling in het Haags Historisch Museum, 7 april t/m 15 september 2015