SPOREN VAN HET SLAVERNIJVERLEDEN IN NEDERLAND
Hoe zichtbaar zijn de sporen van het Nederlandse slavernijverleden? Zijn er nog verborgen verwijzingen die aan onze vluchtige waarneming ontsnappen? Vier onderzoekers gingen daarnaar op zoek. Zij doorzochten niet alleen de collectives van erfgoedinstellingen te Amsterdam en Middelburg, maar richtten zich ook op minder traditionele vindplaatsen.
Zo vervoldgen ze hun zoektocht buiten de bekende steden van slavenhandel: in Leeuwarden, waar ze onverwacht een boeiend slavernijverleden aantroffen. Stille getuigen vonden ze verder in bankinstellingen, aan de muren of gavels van gebouwen, op begraafplaatsen en in privécollecties, Erfgoed blijkt ook een mentale dimensie te hebben. Het zit in de hoofden van Surinamers, Antillianen en autochtone Nederlanders. Gesprekken met hen leverden openhartige getuigenissen op van hun persoonlijke erfenis van het slavernijverleden.
Op zoek naar de stilte is een onmisbare aanvulling op bestaande publicities over het Nederlandse slavernijverleden. Het is de eerste inventarisatie van niet-conventionele vindplaatsen van slavernij-erfgoed. De poging om via interviews mental erfgoed te duiden, is vernieuwend. Het resultaat is boeiend, soms onverwacht en is toegankelijk geschreven.
In opdracht van Cultureel Erfgoed Minderheden werd dit onderzoek verricht door de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) en het Museum Suriname en oud-wetenschappelijk medewerker van de Universiteit van Amsterdam. De auteurs houden zich professioneel bezig met het slavernijverleden. Alex van Stipriaan Luïscius is hoogleraar geschiedenis aan de EUR en conservator bij het KIT Tropenmuseum in Amsterdam. Waldo Heilbron is voorzitter van de Stichting Museum Suriname en oud-wentenschappelijk medewerker van de Universiteit van Amsterdam. Aspha Bijnaar is wetenschappelijk onderzoeker bij het Nationaal instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis (NiNsee). Valika Smeulders is promovenda aan de EUR.