Vanwege de sluiting van het verzorgingshuis in Amsterdam-Noord is Hendrik Groen overgeplaatst naar Bergen aan Zee. De Oud-Maar-Niet-Dood-club is uit elkaar gevallen. Af en toe is er een Omanido-reünie waarbij het ouderwets gezellig wordt en de drank ruimhartig vloeit, maar verder is er niet veel meer om naar uit te kijken. Hendrik moet constateren dat de tijd niet meer zo mild voor hem is: hij wordt steeds vergeetachtiger en begint het overzicht te verliezen. Dat levert het nodige gestuntel op. Hij besluit opnieuw een dagboek bij te gaan houden in een poging weer wat meer grip op de werkelijkheid te krijgen. En anders kan hij er in ieder geval nog eens nalezen wat hij allemaal vergeten is.
Het leven wordt er niet aangenamer op als ook in Bergen aan Zee het coronavirus alles op zijn kop zet. En helaas is er geen Evert meer om er foute grappen over te maken, al doet de voorheen zo brave Hendrik zijn best om zijn vriend hierin te evenaren. Gelukkig heeft hij nog drie trouwe vrienden over om hem op het rechte pad te houden: Leonie (88), Frida (10) en Juffrouw Jansen (4). Die laatste is zijn hond, het afscheidscadeau van Evert. Samen met deze bondgenoten sleept Hendrik zich opgewekt naar de eindstreep.
Het allerlaatste dagboek van Hendrik Groen, de meest geliefde bejaarde van Nederland.