De allereerste keer dat Karen de afstandelijke Gray O’Connell ontmoet, is niet bepaald aangenaam. Hij stuurt zijn grote Deense dog op haar af, en ze vreest zelfs even voor haar leven! Als blijkt dat hij de eigenaar is van de cottage die ze huurt, komen ze elkaar noodgedwongen vaker tegen - iets waar ze abosluut niet op zit te wachten.
Ze is naar het kleine dorpje in Ierland gekomen om rust te zoeken na een ongeluk dat haar hele wereld op z'n kop zette. En Gray is allesbehalve rustgevend. Hij is woest aantrekkelijk, woest mysterieus, maar vooral ook simpelweg woest. Op de hele wereld, op het mensdom in het algemeen, en op haar lijkt hij ook niet al te dol. Waarom borrelt dan toch steeds dat onverklaarbare verlangen in haar op elke keer dat ze hem ziet?
Ze is naar het kleine dorpje in Ierland gekomen om rust te zoeken na een ongeluk dat haar hele wereld op z'n kop zette. En Gray is allesbehalve rustgevend. Hij is woest aantrekkelijk, woest mysterieus, maar vooral ook simpelweg woest. Op de hele wereld, op het mensdom in het algemeen, en op haar lijkt hij ook niet al te dol. Waarom borrelt dan toch steeds dat onverklaarbare verlangen in haar op elke keer dat ze hem ziet?