Van Burgerziekenhuis tot hotel
Wim de Wagt
Eind 19de eeuw zochten veel zieken hun toevlucht tot huismiddeltjes en kwakzalverij. De arts Anton Berns wilde de huiver voor de geneeskunst bij de kleine burgerij wegnemen en opende in 1879 op de Keizersgracht het Burgerziekenhuis. In 1891 verhuisde het naar de Linnaeusstraat, waar het in de daarop volgende 100 jaar een instituut zou worden.
Het Burgerziekenhuis in Amsterdam-Oost heeft enkele beroemdheden ‘op zaal’ gehad: prins Bernhard werd er in 1937 opgenomen na een verkeersongeluk bij Diemen en in 1947 werd Johan Cruijff er geboren. Het was oorspronkelijk bestemd voor ‘ambtenaren en kantoorbedienden, knappe ambachtslieden en vrouwelijke dienstboden’, maar vanwege de kleinschaligheid groeide het onbedoeld uit tot een eliteziekenhuis.
Het ontwerp van architect A.L. van Gendt was vernieuwend. Hij combineerde paviljoenbouw – waarbij in alle ziekenzalen van twee zijden daglicht kon binnenvallen – met een compacte plattegrond: haaks op het hoofdgebouw bouwde hij het ‘beddenhuis’, waardoor het voor het personeel allemaal nog te belopen was.
In 1991 ging het Burgerziekenhuis over in het Flevoziekenhuis in Almere. Na de verhuizing werd het gebouw stadsdeelkantoor (het mooiste van Amsterdam, volgens velen), totdat ook dit stadsdeel ging fuseren. Nu wordt het door architect Ray Kentie, die o.m. het Scheepvaarthuis omtoverde tot hotel, verbouwd tot het Eden Parc Hotel.
Wim de Wagt is kunsthistoricus. Hij schreef eerder boeken over o.a. de architecten Piet Elling en J.B. van Loghem en de Stadsschouwburg Haarlem.