In Pim Fortuyn, de autobiografie beschrijft Fortuyn in zijn eigen woorden hoe hij opgroeit in een gezin dat worstelt met het geloof, terwijl hij zelf worstelt met zijn ontluikende homoseksualiteit. Op de universiteit groeit Fortuyn uit tot publiek figuur, waarna een leven in de spotlights zijn deel is. Het is een openhartig levensverhaal van een outsider die dankzij een enorme geldingsdrang zijn plek als leider in het publieke domein verovert. En daarvoor uiteindelijk de ultieme prijs betaalt.
‘Pim Fortuyn heeft een revolutie ontketend.’
- Mark Rutte, premier (2019)
'Pim, je past niet binnen de cultuur van de PvdA. Ik zie heel goed je talenten, maar binnen deze club zal het nooit iets met je worden.'
- Joop den Uyl, oud-minister-president (1986)
‘Het was zo’n leuke, originele man. Hij durfde onafhankelijk te zijn. Op de meeste punten waren we het met elkaar eens. Er was chemie.’
- Hans Wiegel, oud-vicepremier (2012)
‘De gedachte hoe het zou zijn geweest als Pim in leven was gebleven, is er een die mij niet meer loslaat.’
- Ivo Opstelten, oud-burgemeester Rotterdam (2019)
‘Pim Fortuyn is de grootste Nederlander aller tijden.’
- Stemmers KRO-programma De Grootste Nederlander (2004)
Dit boek is eerder verschenen onder de titels Babyboomers, autobiografie van een generatie en Autobiografie van een babyboomer). Deze hernieuwde uitgave bevat een voorwoord van Fortuyn-kenner Leonard Ornstein.