Emma van Hooff trekt je mee in een bundel over leven en niet leven, over angst om dood te gaan en tegelijkertijd het verlangen ernaar. Aan het woord is een zintuiglijk, gevoelig lyrisch ik, met veel lef en humor. Er worden dreigbrieven geschreven aan Pandora, er is een hiernamaals dat op instorten staat, een woeste transpiratiezee, er zijn oesters met parels en er is een onderzoek naar de rekking van een leven; hoe lang het duurt tot een gezicht uiteen knapt. De gedichten in deze wonderschone bundel zijn ritmisch en sterk. Emma van Hooff overtuigt met haar inlevingsvermogen en enorme verbeeldingskracht.