Haar opengesperde ogen zagen de grond omhooggaan. Haar gezicht trof de harde sneeuw alsof ze op een ijskoude, open mond viel. Grove ijskristallen drongen haar keel binnen en sneden haar schreeuw af. Het indringende geluid in haar oren steeg tot een gigantisch crescendo voordat alles explodeerde en het donker werd ... Tromsø, een stad aan de noordwestkust van Noorwegen. Op een ijzig koude morgen zit de jonge studente Beate Moberg op een bankje bij het meer. Dood. Pleegde ze zelfmoord? Is ze onverwachts ziek geworden? Vreemd genoeg lijkt Beate aan niets te zijn overleden. De zaak bezorgt hoofdagent Aslak Eira een boel kopzorgen en frustraties. Zeker als nog twee andere meisjes dood worden gevonden. Er is geen vanzelfsprekende verdachte, geen voor de hand liggend motief. Verbeten en doordacht gaat Aslak het gevecht aan met de moordenaar.