Henri en Virginie brengen hun jeugd door in een verarmd, kinderrijk gezin in Diest. Na de eerste wereldoorlog lopen hun wegen uiteen: Henri trouwt en gaat in Antwerpen wonen, zijn zuster wordt dienstbode in Brussel. De levens van de hoofdpersonen beslaan het grootste deel van de twintigste eeuw. Het zijn 'gewone' mensen met een 'gewone' levensloop. Maar wat is 'gewoon' in een roman van Erik Vlaminck? Hoe kon een baby overlijden in de ovenla van een keukenkachel? Waarom bestaat er van de vader van Henri en Virginie geen enkel portret? En kan een mens wel een oorlog overleven, laat staan twee? 'De portrettentrekker' is het vierde deel van de romancyclus waarin Erik Vlaminck ons een Vlaanderen laat zien dat dreigt te verdwijnen.