Zo'n tien jaar geleden, na de geboorte van haar dochter, probeerde Claire Dederer alles zo goed mogelijk te doen: zo lang mogelijk borstvoeding geven, verantwoord houten speelgoed kopen, een mooie carrière nastreven én haar relatie spannend houden, maar dat werd haar net iets te veel. Met tegenzin volgde ze het advies op van iedereen in haar verantwoorde kennissenkring: ze ging naar haar eerste yogales.
In de tien jaar daarna ontwikkelde Claire een haat-liefdeverhouding met de Lotus, de Driehoek, de Neerwaartse Hond en de Adelaar. Tegelijkertijd denkt ze na over de drijfveren van haar generatie: de dochters van vrouwen die op zoek gingen naar zichzelf, carrière maakten of ervandoor gingen met een andere man. Komt het hierdoor dat Claires generatie alles zo verschrikkelijk goed wil doen? Halverwege de Maanhouding, met een volgende baby op komst en haar relatie onder zware druk, vraagt Claire zich af: moeten we nou echt zo goed zijn in alles? Of kunnen we ook minder perfect zijn en meer van het leven genieten?