Raven is met zijn dertien zomers een zoon van dit jagersvolk. Zijn vader is verdronken. Daarna vindt zijn moeder een nieuwe levensgezel. Diens houding is voor de jongen zo onverdraaglijk, dat hij besluit om van huis weg te lopen en pas terug te komen wanneer hij sterk genoeg is om de indringer te verdrijven.
Het boek is het verslag van de reis die Raven maakt naar het hart van het 'rijk der langhuisbouwers'. Als hij na een jarenlange omzwerving inderdaad de weg terug naar huis inslaat, is Raven niet alleen getekend door alle gevaren en avonturen die hem zijn overkomen, maar voert hij ook een revolutie mee naar onze streken: een kleine veestapel, als eerste aanzet voor een nieuwe levenswijze die ten slotte de oude volledig zal verdringen.