De hier gebundelde opstellen werden ruim een decennium gelden voor het eerst gelanceerd en bleven niet onopgemerkt. Er worden prangende vragen gesteld rond de houding van toonaangevende en ook minder bekende intellectuelen in Vlaanderen tegenover de rechtse stromingen tussen de twee wereldoorlogen. Maakte een wetenschappelijke en intellectuele habitus hen kritischer voor een dergelijk fenomeen of juist ontvankelijk? Welke gedaantes nam de revolutie van rechts aan? Was ze modern of antimodern? Of was er veeleer sprake van een 'modern antimodernisme' van het fascisme en aanverwante tendensen? Na een uitgebreid inleidend hoofdstuk over de revolutie van rechts in Europees perspectief wordt ingegaan op katholieke auteurs, sociologen (Victor Leemans, Henderik De Man, Max Lamberty) en filosofen (Hendrik J. De Vleeschauwer en Edgar De Bruyne). Ook wordt het verband gezocht tussen volksnationalisme, 'wetenschappelijke' rassentheorieën en racisme bij uiteenlopende auteurs als Gustaaf Schamelhout en Cyriel Verschaeve. De bijdragen in deze studie baarden opzien door hun vernieuwende en diepgravende behandeling van de ideologische en intellectuele achtergrond van de revolutie van rechts in Vlaanderen tijdens het interbellum. De conclusie dat deze stroming niet alleen anders werd benaderd vanuit verschillende politieke bewegingen, maar ook door de sympathisanten ervan uiteenlopend werd ingevuld, voegde een nieuwe dimensie tot aan een controversieel debat. Deze tweede editie biedt een versie die verrijkt is met nieuwe inzichten en data.