In W.F. Hermans' laatste roman, Ruisend Gruis, speelt Hermans met de aanname van werkelijkheid door de lezer. Wat is waar en wat is niet waar? Het is een immer boeiende vraag. De mens is sceptisch van aard, laat zich niet snel in de luren leggen. Desondanks weet Hermans een verhaal te vertellen waarin volslagen onmogelijke dingen gebeuren, die voor de lezer volstrekt logisch zijn. Over een man die een huis koopt en een gaatje in de muur boort, om er een lijstje op te hangen. Hoe het boren van een gaatje in de muur bijna apocalyptische gevolgen kan hebben. Meesterlijke roman vol humor en met een knipoog naar de hedendaagse maatschappij.