De leraren staken. De boeren staken. De verzorgers staken. En ook de jongeren staken. Nederland verandert. Van ons zorgstelsel, de woningmarkt, het pensioenstelsel tot de arbeidsmarkt. Over deze veranderingen bestaat een hoop onvrede. En over wat Nederland is of zou moeten zijn, bestaat nog meer polarisatie.
Volgens Koen Bruning wordt dit veroorzaakt doordat de verhoudingen tussen de economische markt, de staat en het maatschappelijk middenveld in disbalans zijn. Niet langer kunnen we tegen zaken als een pandemie, de klimaatcrisis en globalisering op.
Er is maar één oplossing: het basisinkomen, gratis geld voor iedere Nederlander.
Dat klinkt radicaal, maar dat is het volgens Bruning niet. Hij stelt zelfs dat het idee van een basisinkomen inherent Nederlands is, terug te vinden in de wortels van onze geschiedenis: van Thorbecke, ons poldermodel, tot de opbouw van onze ondernemende burgersamenleving.
Geen gezeik, iedereen rijk is dus niet weer het zoveelste boek over het basisinkomen. Bruning laat met veel bevlogenheid zien hoe het basisinkomen de democratie versterkt, polarisatie tegengaat en burgers van links, midden tot rechts onder een universeel idee verenigt.
Koen Bruning (2000) is student Philosophy, Politics and Economics aan de VU. Gedreven klom hij in de pen om het basisinkomen praktisch uit te werken.