De verhalen in deze bundel zijn afkomstig uit het schemergebied tussen droom en werkelijkheid. Ze passen binnen het fantasygenre, maar bevatten geen archetypische epische strijd, geen uitverkoren boerenzonen, geen queestes en al helemaal geen verzonnen werelden. In de echte wereld valt immers genoeg magie te sprokkelen voor wie goed oplet. Het zijn verhalen over engelen en demonen, over buitenaardse monsters, levende doden, muzen, nimfen, bezielde hemellichamen, schone slapers, vampiers en kabouters. Maar bovenal zijn het verhalen over mensen, met al hun kleine kantjes, twijfels en bijzonderheden. Veel verhalen in Schemerzijde spelen in het hier en nu, maar er zijn er ook die de lezer naar exotischer oorden zoals Burkina Faso (Het lied van de sterrenjongen), het antieke Griekenland (Een man voor de naiaden), de maan (Hëna en de blinkende man) of Zuid-Europa (De engel van San Michele) brengen.