‘Wat je weten moet, meidje’, zei Ootje Nack, ‘is dat ze behalve een grote eggo ook nog een spiecholologie heeft.’
‘Hoezo een spiecholologie?’ zei Magraat. ‘Heb je soms een boek gelezen?’
Ootje deed of ze het niet hoorde. ‘Nou moet je opletten,’ zei ze. ‘Zo dadelijk gaat ze vast zachtjes van “tsj-tsj”. Dat komt altijd na dat orengepeuter. Door de bank wil dat zeggen dat ze wat zit uit te broeden.’
Zorgen dat een dienstmeisje nou eens niet met een prins trouwt moet voor een heks annex petemoei toch een fluitje van een cent zijn.
Als Opoe Wedersmeer, Ootje Nack en Magraat Knophlox naar het verre Waarland vliegen blijkt het toch niet zo eenvoudig te liggen… Een Waarlandse voedoedame, die in een hutje op eendenpoten woont, bemoeit zich er ook nog mee, en dus krijgt ze het aan de toverstok met Opoe Wedersmeer.
Enge avonturen in Vreemde Ketreien (met een kwakende keurvors)