In Londen wordt een jonge vrouw dood aangetroffen – in het appartement van de tweede man van de Britse inlichtingendienst, Tweed.
Omdat hij zijn onschuld niet kan bewijzen, vlucht Tweed naar Brussel en vandaar naar Duitsland. Hierdoor wordt het voor Tweed wel heel moeilijk de belangrijke taak waarvoor hij was aangezocht uit te voeren: de beveiliging van de Lampedusa, een schip dat een ultra-geheime defensiecomputer van Amerika naar Engeland vervoert...
Opgejaagd door menige geheime dienst probeert Tweed, daarbij geholpen door zijn partners Paula Grey en Bob Newman, wanhopig Zwitserland te bereiken. Daar kan hun vriend Arthur Beck hen wellicht helpen contact op te nemen met de Lampedusa. Dan ontdekt Tweed dat de Lampedusa is gekaapt...
Terwijl de Amerikaanse Zesde Vloot uitvaart om het schip terug te vinden, vraagt Tweed zich naarstig af wie de kapers zijn.
Welke rol speelt de pas benoemde minister van Veiligheidszaken Buckmaster? Hoe is een duister multinational bij de zaak betrokken? Wat voert Marler – eens Tweeds vertrouwde ondergeschikte – in zijn schild? En wie zit er achter de aanslagen op Tweeds leven?