Sering en Vlag is het derde en afsluitende deel van 'De vrucht van hun arbeid'. In deze roman zijn de plattelanders uit de eerste twee delen naar de grote stad vertrokken, omdat ze als kleine boer economisch niet meer konden overleven.
Ook Sering en Vlag is een liefdesverhaal en speelt zich af in een niet nader omschreven toekomst. Sering en Vlag zijn de bijnamen van Soekoes en Zjoezja, nazaten van oorspronkelijke plattelanders en de hoofdpersonen van deze roman. Hun liefde komt tot bloei op de vuilnishopen aan de zelfkant van Troje, een imaginaire metropool die verwijst naar de mondiale grootstad, waar het lompenproletariaat ploeterend zijn weg door de stadsjungle probeert te vinden. Ze komen aan de kost als kleine criminelen, via list en bedrog, diefstal, bedreiging en erger en dromen over een toekomst op een wit schip waar ze elkaar ongeremd kunnen beminnen. De werkelijkheid blijkt echter een stuk weerbarstiger.