Geleid door het heilige Om komt Siddhartha ten slotte aan de grote rivier, symbool van harmonie en vergankelijkheid. In de hut van de oude veerman leert hij de wereld der dingen lief te hebben en te begrijpen.
Van een steen kan ik houden, en ook van een boom of een stuk schors. Het zijn tastbare zaken, en van wat tastbaar is kan men houden. Maar van woorden kan ik niet houden. Daarom zie ik niets in een leer.
Zo is Siddhartha van asceet en bedelmonnik, levensgenieter en rijkaard teruggekeerd tot de eenvoud van een kind: hij heeft de harmonie, het eeuwige Om gevonden.
Hermann Hesse (1877-1962) ontving in 1946 de Nobelprijs voor Literatuur. Tot zijn beroemdste romans horen Demian, De steppewolf, Narziss en Goldmund en Het Kralenspel.