Op een warme dag in augustus keert Keith Landry terug naar Spencerville, de kleine plattelandsgemeenschap die hij vijfentwintig jaar eerder de rug toekeerde. Het lijkt hem de ideale plaats om wat rust in zijn leven te brengen. Bovendien wil hij graag Annie Prentis nog eens zien, de enige vrouw die ooit iets voor hem heeft betekend.
Landry kan niet vermoeden wat hij zich met z'n terugkeer op de hals heeft gehaald. Zijn vroegere verhouding met Annie Prentis, nu de echtgenote van Cliff Baxter, is deze jaloerse en bezitterige politiechef nog steeds een doorn in het oog. Niets laat hij ongemoeid om Landry de stuipen op het lijf te jagen en zijn vrouw door bedreiging, vernedering en seksueel geweld tot uiterste wanhoop te drijven. Er onstaat een maalstroom van gebeurtenissen, waarin Baxter zich van zijn meeste gevaarlijke kant laat zien, maar Keith Landry niet minder.